Raadhuisstraat 13-15-17

De boerderij op de plek van Raadhuisstraat 13-15-17 werd rond 1811-1832 bewoond door Pieter Hendrik Arets. Zijn zoon Leonard Joseph Arets bouwde het naastgelegen pand Raadhuisstraat 11.

De panden Raadhuisstraat 13-15-17 waren rond 1850 een boerderij die was opgesplitst in een schuur met boerderijpoort, een herberg/café met bovenwoning en een apart woongedeelte.

Rond 1850 betrok de in Duitsland geboren herbergier Pieter van den Heuvel samen met zijn echtgenote Marie Josepha Meijers en hun drie zoons en dochter de herberg op de plek van Raadhuisstraat 15.  Het woongedeelte op nummer 17 werd sinds 18 augustus 1875 bewoond door de huisschilder Jan Christiaan Deumens, echtgenote Maria Elisabeth Philippens en hun twee dochters en drie zoons.

Op 15 maart 1897 vestigde zich in het herberggedeelte het uit Voerendaal afkomstige echtpaar tapper Hubert Houben en Johanna Catharina Weerts. Hubert was herbergier van beroep, zijn echtgenote was huishoudster. Samen hadden ze twee dochters en drie zonen. In de winter van 1900 vertrok het gezin naar Schimmert.

De herberg werd hierna bewoond door herbergier Jan Leonard Hensgens en zijn echtgenote Anna Maria Mechtildis Paulssen. Het echtpaar kreeg twee zoons en drie dochters.

In de jaren 60 van de vorige eeuw werd de boerderij door de familie Mertens verbouwd. Het pand werd voorzien van de huidige voorgevel van bakstenen. Daarnaast werd het pand gesplitst in drie aparte woningen die bewoond werden door de families Mertens en Ruijters.